Brandstofprijzen blijven een gevoelig onderwerp, zeker wanneer je afhankelijk bent van je auto voor werk of gezin. En juist daar ligt het onderliggende probleem: hogere autokosten. De discussie barst nu los, aangezien er per 1 januari 2026 een merkbare stijging aan de pomp aankomt. Veel bestuurders vragen zich af wat er precies verandert en wie aan de touwtjes trekt.
Het is belangrijk om te weten waar die extra euro’s naartoe gaan en wie voor en tegen heeft gestemd. In deze blog krijg je helder wat er speelt, welke keuzes zijn gemaakt en waarom dit stof doet opwaaien.
Wat verandert er aan brandstofprijzen?
De belasting op een liter benzine gaat omhoog van nul euro komma negenenzeventig naar nul euro komma vierentachtig, waardoor tanken duurder wordt.
Dat verschil klinkt klein, maar opgeteld aan het einde van de maand praat je snel over tientjes. Ook diesel en lpg vallen onder de verhoging, waardoor vrijwel iedere automobilist met extra kosten te maken krijgt. Gebruik je je auto dagelijks, dan zie je dit meteen terug in je budget.
Voor wie niet de luxe heeft om te wisselen tussen vervoermiddelen, hakt zo’n aanpassing er extra in. Misschien plan je nu al slimmer om omwegen te vermijden; straks is het dubbel opletten.
De timing – vanaf begin 2026 – geeft je nog even lucht, maar de knoop is doorgehakt. Het gesprek over een eerlijke verdeling van kosten krijgt daardoor opnieuw voeding.
Politieke keuze en reden
De Tweede Kamer heeft ingestemd met het verminderen van de accijnskorting op brandstof, met als doel geld vrij te maken voor het openbaar vervoer.
Het bedrag dat zo vrijkomt, moet bezuinigingen bij OV-bedrijven voorkomen. Daarmee verschuift de balans: automobilisten betalen meer, terwijl bus, trein en tram financiële verlichting krijgen. Dat is de kern van de politieke ruil.
Het voorstel komt van de ChristenUnie. Voorstanders leggen de nadruk op het voorkomen van verdere kaalslag bij vervoerders. Tegenstanders zien vooral de rekening bij mensen die rijden voor hun brood, familie of mantelzorg. Het is de klassieke vraag: wie draagt welk deel van de rekening?
Wilders’ felle reactie
Geert Wilders liet via X in stevige bewoordingen weten dat zijn partij tegen deze lastenverzwaring heeft gestemd. Hij stelt dat mensen die afhankelijk zijn van hun auto opnieuw hard worden geraakt.
Volgens hem worden automobilisten stap voor stap verder uitgeknepen. Zijn boodschap is duidelijk: de PVV keert zich tegen deze verhoging en blijft zich profileren als beschermer van de autorijder.
Zijn bericht werd opvallend kort maar krachtig gedeeld, met nadruk op het tegenstemmen van de PVV. Het sentiment is helder: de rekening belandt bij de pomp, niet bij de treinreiziger.
Die tegenstelling prikkelt, want iedereen voelt waar hij of zij in dit verhaal staat. Jij waarschijnlijk ook: hoe vaak laat jij je auto een week staan?
Wat betekent dit voor jouw portemonnee?
Een stijging van ruim zes cent per liter benzine tikt aan wanneer je wekelijks tankt. Reken even mee in je hoofd en je ziet waarom veel bestuurders zuchten. Als jouw rittenpatroon niet flexibel is, draait het uit op zuiniger plannen of ergens anders besparen. Dat is precies waar de pijn zit: je kunt niet overal op inleveren.
Dieselrijders en lpg-gebruikers ontsnappen er niet aan. Ook zij betalen meer zodra de maatregel ingaat. De vraag dringt zich op of ritten gecombineerd kunnen worden of dat carpoolen ineens aantrekkelijker wordt.
In de praktijk ben je echter vaak gebonden aan vaste tijden en routes, en dan is ‘even aanpassen’ makkelijker gezegd dan gedaan.
Steun voor het ov, gemengde reacties
OV-bedrijven reageren positief omdat hiermee verdere bezuinigingen worden afgewend. Het voorkomt maatregelen die anders tot minder ritten of hogere tarieven hadden kunnen leiden. Vanuit hun perspectief is dit een broodnodige correctie. De gedachte: beter nu repareren dan straks herstellen wat is afgebroken.
Vakbonden, waaronder CNV, zijn juist kritisch. Zij noemen het besluit zeer teleurstellend en benadrukken dat miljoenen werkenden die elke dag de auto gebruiken hierdoor in de knel komen.
Dat wringt, vooral voor mensen die geen volwaardig alternatief hebben. De balans tussen bereikbaar ov en betaalbaar autorijden is dunner dan een ruitenwisser in een hittegolf.
Waarom dit debat zo fel is
Autorijden is voor veel Nederlanders geen hobbyproject, maar dagelijkse noodzaak. Wanneer de pompprijs stijgt door beleid, voelt dat direct als een keuze die jouw leven beïnvloedt.
Daarom vliegen de meningen elkaar zo snel in de haren. Het gaat niet alleen om cijfers, maar om ritme, werk, gezin en vrijheid van bewegen.
Tegelijkertijd staat de vraag op tafel waar publieke middelen het meeste effect hebben. Door te schuiven met accijnzen en ov-budgetten wordt aan twee kanten van de weegschaal getrokken.
Je kunt het zien als het fine-tunen van verkeer door een druk kruispunt: elke verschuiving heeft gevolgen. En jij staat daar met je auto, of juist in de bus.
Wat de stemming precies inhield
De Kamer stemde in met een verlaging van de accijnskorting op brandstof ter waarde van vierhonderdachtenveertig miljoen euro. Dit bedrag wordt toegewezen aan het openbaar vervoer om verdere bezuinigingen te voorkomen.
De PVV heeft tegen deze lastenverzwaring voor automobilisten gestemd, aldus de boodschap van Wilders op X. Daarmee is de politieke lijn in deze kwestie glashelder.
Het besluit omvat benzine, diesel en lpg, waardoor de impact breed is. De nieuwe belasting op benzine – van nul euro komma negenenzeventig naar nul euro komma vierentachtig per liter – is daarbij expliciet genoemd.
Voor jou als automobilist betekent dit: hogere kosten vanaf 2026. Niet morgen, maar wel over een aantal tankbeurten.
Wat kun je nu al doen?
Je kunt je rijgedrag onder de loep nemen en vaste ritten efficiënter plannen. Ook kun je bijhouden waar je het goedkoopst uit bent, want de verschillen tussen tanklocaties kunnen oplopen.
Voor wie op lpg of diesel rijdt, geldt hetzelfde principe: consistent vergelijken loont. Uiteindelijk blijft de kern dat elke liter straks meer weegt in je maandlasten.
Ben je werkgever of planner van ritten, dan helpt het om vroegtijdig verwachtingen te managen. Denk aan afspraken over reiskosten en slimme roosters. Het zijn geen wondermiddelen, maar ze dempen de klap. En ja, soms is de beste winst de liter die je niet verbruikt.
Citaat en reacties in één oogopslag
- ”PVV stemde tegen deze lastenverzwaring voor de automobilist!” – Geert Wilders via X.
- OV-bedrijven waarderen de financiële steun om verdere bezuinigingen te voorkomen.
- CNV noemt de keuze zeer teleurstellend en vreest knelpunten voor miljoenen dagelijkse autorijders.
PVV STEMDE TEGEN DEZE LASTENVERZWARING VOOR DE AUTOMOBILIST! https://t.co/wsdDqpPXxr
— Geert Wilders (@geertwilderspvv) November 27, 2025
FAQ
Wat houden de hogere autokosten precies in?
De belasting op een liter benzine stijgt van nul euro komma negenenzeventig naar nul euro komma vierentachtig, en ook diesel en lpg worden duurder. Dit leidt vanaf 1 januari 2026 tot hogere maandlasten voor automobilisten die regelmatig tanken.
Waarom is de accijnskorting verlaagd?
De Tweede Kamer heeft ingestemd met het verminderen van de accijnskorting om vierhonderdachtenveertig miljoen euro vrij te maken. Dat geld wordt ingezet voor het openbaar vervoer om verdere bezuinigingen te voorkomen.
Wat is de positie van de PVV en Geert Wilders?
Geert Wilders heeft op X benadrukt dat de PVV tegen deze maatregel heeft gestemd. Hij stelt dat automobilisten hard worden geraakt en dat zijn partij deze lastenverzwaring voor autorijders afwijst.
Wie reageerden er positief en wie negatief op het besluit?
OV-bedrijven zijn positief omdat de financiële steun bezuinigingen afwendt. Vakbond CNV is kritisch en noemt het zeer teleurstellend, met zorg over miljoenen werkenden die de auto dagelijks nodig hebben.
Wanneer gaan de wijzigingen in en wat merk ik daarvan?
De wijzigingen gaan in op 1 januari 2026. Vanaf dat moment betaal je bij benzine, diesel en lpg meer per liter, waardoor je maandelijkse tankkosten kunnen stijgen.
Bron: Geert Wilders
